Update over het Zomerakkoord: wat is de impact op werkgevers?
In 2025, na de federale verkiezingen van 2024 en de nota van de formateur, werd op 31 januari 2025 een regeerakkoord bereikt. Dit document heeft de politieke koers vastgelegd en bevatte verschillende belangrijke hervormingen inzake werk en de organisatie van de arbeidsmarkt.
Op 21 juli 2025, vlak voor het zomerreces, zette de regering De Wever een volgende stap met de goedkeuring van een ‘Zomerakkoord’. Dit pakket maatregelen verduidelijkt en vult de afspraken in het regeerakkoord aan. Sommige bepalingen werden reeds bevestigd in een Programmawet die is aangenomen, terwijl andere nog in wetteksten moeten worden gegoten, besproken en/of gestemd moeten worden in het parlement:
De volgende maatregelen zijn officieel in werking getreden na de publicatie van de Programmawet in het Belgisch Staatsblad:
-
Plafonnering van patronale sociale zekerheidsbijdragen op hoge lonen: zoals aangekondigd in onze vorige nieuwsbrief voorziet de Programmawet dat de patronale sociale zekerheidsbijdragen worden geplafonneerd vanaf 1 juli 2025. Boven een loon van 85.000 EUR per kwartaal (bedrag onderhevig aan indexatie) hoeft de werkgever geen bijdragen meer te betalen. Met andere woorden: bijdragen zijn enkel verschuldigd op het gedeelte van het loon onder 85.000 EUR per kwartaal.
-
Verlenging van relance-uren en vrijstelling van bedrijfsvoorheffing op overuren tot eind 2025, in afwachting van een structurele verhoging die nog moet worden uitgewerkt. Meer details over dit onderwerp vindt u terug in onze vorige nieuwsbrief.
-
Werkloosheidsuitkeringen bij ontslagname: vroeger werden werknemers die zelf ontslag namen automatisch uitgesloten van werkloosheidsuitkeringen. De Programmawet voorziet dat werknemers die ontslag nemen vanaf 1 maart 2026 – onder bepaalde voorwaarden, met name inzake gewerkte dagen – recht hebben op een werkloosheidsuitkering, één keer per loopbaan en voor een maximale duur van zes maanden.
De volgende maatregelen zijn wel aangekondigd, maar nog niet officieel aangenomen. Er verandert voorlopig niets:
-
Maaltijdcheques: optionele en geleidelijke verhoging van de maximale waarde van 8 EUR naar 10 EUR per dag vanaf 1 januari 2026. Hierover is nog geen ontwerptekst ingediend of opgesteld.
-
Geleidelijke afschaffing van ecocheques: deze maatregel, die oorspronkelijk werd aangekondigd in het regeerakkoord van januari 2025, is sindsdien niet verder uitgewerkt.
-
Het bijzonder belastingstelsel voor ingekomen belastingplichtigen en onderzoekers zal aantrekkelijker worden gemaakt.
-
Maatregelen inzake arbeidsongeschiktheid, zoals de mogelijkheid om een re-integratietraject te starten vanaf de eerste dag van arbeidsongeschiktheid, beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht na zes maanden in plaats van negen maanden ononderbroken arbeidsongeschiktheid, de verplichting tot het voeren van een actief absenteïsmebeleid, enz.
-
Verplicht mobiliteitsbudget: vanaf 1 januari 2026 zal elke werkgever die bedrijfswagens ter beschikking stelt, verplicht zijn ook een mobiliteitsbudget als alternatief aan te bieden. Dit zou echter niet gelden voor bedrijfswagens die deel uitmaken van een cafetariaplan of een loonruilregeling (“salary sacrifice”).
Het regeerakkoord voorziet bovendien op termijn in een ‘algemeen’ mobiliteitsbudget voor elke werknemer, ongeacht of een bedrijfswagen wordt aangeboden.
Voor deze twee maatregelen zijn er sinds het regeerakkoord nog geen concrete ontwikkelingen geweest.